VVD Landsmeer op het verkeerde been gezet

VVD Landsmeer trekt – na stevig debat – het amendement aanpassingen gebouw en inventaris in. De VVD Landsmeer wilde de gelden ten behoeve van de verbouwing en inventaris voor een totaal van 400.000 euro schrappen en dit geld reserveren voor kosten die uit de PM-posten (die in de perspectiefnota staan gedefinieerd) voortvloeien.


Na een stevig debat over de kosten die al dan niet onder de verbouwing van het gemeentehuis vallen werd door de portefeuillehouder, op de valreep mondeling aangevuld, dat deze kosten ook de reparatie van het lekkende dak, de noodzakelijke vervanging van het meubilair (omdat dit niet voldoet aan de regels van de arbeidsinspectie) en de vervanging van de CV-ketel betreffen.

De VVD gaf aan verbaasd te zijn over deze aanvullende informatie en dat er in iedere boekhouding normaal gesproken gelden worden gereserveerd voor onderhoud en vervanging. 

Verder maakte de VVD duidelijk dat zij op het verkeerde been wordt gezet door het College als een en ander niet in de schriftelijke onderbouwing, noch in de BO-sessie wordt aangegeven.

Op zijn zachtst gezegd vindt de VVD het vervelend dat deze toelichting - net voor het in stemming brengen van het amendement - wordt gegeven. 

Het resultaat van het debat was dat de VVD Landsmeer het amendement introk, omdat De VVD constateert dat een zeer groot deel van de kosten blijkbaar noodzakelijke uitgaven betreft. Tot slot verzocht de VVD de portefeuillehouder om in de toekomst eerder met een transparante en meer volledige onderbouwing te komen.

De portefeuillehouder bood haar excuses aan en bedankte de VVD voor het vertrouwen.

 ‘Uiteraard wil de VVD niet dat de ambtenaren onder een lekkend dak moeten werken, maar dat er aan de noodzakelijke vervangingsvraag wordt voldaan én er regulier onderhoud wordt gepleegd. Wij zullen de posten die terugkomen in de begroting, alsmede de Berap (ook) op dit punt nauwgezet volgen. Tevens zal de VVD nauwlettend in de gaten houden hoeveel geld er in de begroting wordt gereserveerd voor het ter beschikking stellen van een tentoonstellingsruimte. Wij zetten hier op voorhand vraagtekens bij, omdat dit was ons betreft oneerlijke concurrentie met de locaties die dit als hun doel hebben in de hand zou kunnen werken’